Venus beklaagt zich bij Jupiter om het lot van Aeneas 1 – Aeneis 1.223–237
Venus beklaagt zich bij Jupiter om het lot van Aeneas.
Latijnse tekst
Et iam finis erat, cum Iuppiter aethere summo
despiciens mare velivolum terrasque iacentis
225 litoraque et latos populos, sic vertice caeli
constitit et Libyae defixit lumina regnis.
Atque illum tales iactantem pectore curas
tristior et lacrimis oculos suffusa nitentes
adloquitur Venus: “O qui res hominumque deumque
230 aeternis regis imperiis et fulmine terres,
quid meus Aeneas in te committere tantum,
quid Troes potuere, quibus, tot funera passis,
cunctus ob Italiam terrarum clauditur orbis?
Certe hinc Romanos olim, volventibus annis,
235 hinc fore ductores, revocato a sanguine Teucri,
qui mare, qui terras omnis dicione tenerent,
pollicitus – Quae te, genitor, sententia vertit?”
Vorige tekst :: Naar boven :: Volgende tekst
Aantekeningen
223 | regnis | dichterlijk meervoud |
Vragen
- Regel 232 tot funera
Noteer de twee schokkende gebeurtenissen die de oorzaak zijn geweest van tot funera. Beantwoord de vraag in het Nederlands en baseer je antwoord op de teksten die je voor dit examen hebt gelezen. (Examen 2007-1-vr1) - Regel 229-233 O t/m orbis
Een commentator zegt over deze regels: “Hier wordt Venus voor het eerst in de Aeneis genoemd evenals haar relatie tot Aeneas. Dit laatste gebeurt niet rechtstreeks.”
‘Dit laatste gebeurt niet rechtstreeks’
Citeer het Latijnse tekstelement uit de regels 229-233 dat de relatie van Venus tot Aeneas aangeeft en leg uit welke deze relatie is. (Examen 2007-1-vr2) - Regel 229-30
a. Wat is de toon van de woorden waarmee Venus zich tot haar vader Jupiter richt?
b. Wat wil ze daarmee bereiken?
(Mavortia Moenia, vraag 12)
- Regel 231 meus
a. Welk effect heeft het gebruik van meus?
b. Geef daarvan nog twee voorbeelden uit 250-53.
(Mavortia Moenia, vraag 13) - Regel 237 pollicitus
a. Wat valt je op aan de plaats van dit woord?
b. Wat is het effect ervan?
(Mavortia Moenia, vraag 14)
Werkvertaling
Klik hier om de betekenis van de kleuren en opmaak te zien (popup)
Et iam finis erat, cum Iuppiter aethere summo
despiciens mare velivolum terrasque iacentes
225 litoraque et latos populos, sic vertice caeli
constitit et Libyae defixit lumina regnis.
En reeds was er een einde, toen Jupiter vanaf het bovenste van de hemel
neerkijkend op de door zeilschepen bevaren zee en de uitgestrekte landen
en de kusten en de zich wijd en zijd uitgestrekte volkeren, zo heeft hij op de top van de hemel
stilgestaan en hij heeft zijn ogen gericht op het koninkrijk van Noord-Afrika.
- Summo is dominant gebruikt
- ergens hier zit een polysyndeton
- mare velivolum = acc in participium construcie acp ?
- en reeds was er een einde = einde aan eten, gesprekken van het diner.
- hij kijkt hier dus over carthago
Atque illum tales iactantem pectore curas
tristior et lacrimis oculos suffusa nitentes
adloquitur Venus: “O qui res hominumque deumque
230 aeternis regis imperiis et fulmine terres,
quid meus Aeneas in te committere tantum,
quid Troes potuere, quibus, tot funera passis,
cunctus ob Italiam terrarum clauditur orbis?
En hem, terwijl hij zich bezig houdt met zulke zorgen in zijn hart,
spreekt de nogal droevige en wat betreft haar stralende ogen bevochtigd door tranen
Venus toe: “O u, die de zaken én van mensen én van goden
bestuurt met eeuwige heerschappij en door bliksem bang maakt,
wat voor een grote misdaad heeft mijn Aeneas jegens u kunnen begaan,
wat voor een grote misdaad hebben de trojanen jegens u kunnen begaan, voor wie, terwijl ze zoveel begravenissen geleden hebben,
wordt de gehele wereld der landen vanwege italie gesloten.
- na iactantem is in weggelaten bij pectore
- oculos acc respectus
- tristior is haar mentale toestand
- passis predicatief gebruikt ptc bij quibus ppp dep
- let op in de aantekeningen staat vetaal met nadat, mar het is deponens dus dat is onzin boek eheft het heelemaal vout
- cunctus orbis hyperbaton
- potuere hoort potuerunt te zijn
- ere kan erunt vervangen
- venus probeert netjes te praten omdat ze tegen jupiter praatmaar het lugkt niet echt omdat ze heel erg gemoitieoneerd is
- daarom is dit een lastig stuk om te vertalen, omdat he tbeetje gek is
- is ook uitgebreide manier van aanspreken omdat ze een hgunst van hem wil daarom hebm een beetje de helemele ini prijst
- venus vraagt hier eig wat heeft aeneas gedaan dat die aleeen maar / juist niet in italie mag zijn
- is jupiter nou de vader van venus ja
Certe hinc Romanos olim, volventibus annis,
235 hinc fore ductores, revocato a sanguine Teucri,
qui mare, qui terras omnes dicione tenerent,
pollicitus – Quae te, genitor, sententia vertit?”
Toch zullen de Romeinen hiervandaan, eens zijn/voorkomen, met de jaren die wentelen,
hiervandaan zullen de leiders zijn, door het weer tot leven geroepen bloed van Teucer,
opdat zij de zee, opdat zij alle landen in macht hielden,
heeft u beloofd - welke mening, vader/voortbrenger, heeft jou veranderd?
- deze vertaling klopt niet echt dus dat is soort van probleempje want er zitten heel veel aci's in dus dat is best wel kut
- wat zit je nou weer telkens alles op te schrijven, het is echt niet grappig ofzo hoor
- want zij zei - pascal even serieus doen - want zij zei heb je beloofd dat de romeinen hiervandaan de romeinen ooit zullen zijn/voortkomen, dat hiervandaan leiders zullen voortkomen wat ik snap er echt helemaal niks meer van weet je hoe vaag het ook was in de klas terwijl de jaren wentelen uit het weer tot leven geroepen bloed van Teucer. whatever
- volventibus annis is ablabs
- qui is rel met coni
- tenerent coni finalis
- na policitus is er een ellips van es
- sententia deze zin enige irritatie
- revocato sanguine zou je denken ablabs maar nee omdat er a tussen staat
- er zijn twee mogelijkheden met een coni, ut rel = ut dus finialis of consec, of definitivus en dan moet je doen alsof er geen coni staat
Antwoorden op de vragen
- Regel 232 tot funera
Noteer de twee schokkende gebeurtenissen die de oorzaak zijn geweest van tot funera. Beantwoord de vraag in het Nederlands en baseer je antwoord op de teksten die je voor dit examen hebt gelezen. (Examen 2007-1-vr1)
De val/vernietiging van Troje / de strijd tegen de Grieken (1 punt) en de schipbreuk (voor de kust van Carthago) (1 punt), of woorden van overeenkomstige strekking.
- Regel 229-233 O t/m orbis
Een commentator zegt over deze regels: “Hier wordt Venus voor het eerst in de Aeneis genoemd evenals haar relatie tot Aeneas. Dit laatste gebeurt niet rechtstreeks.”
‘Dit laatste gebeurt niet rechtstreeks’
Citeer het Latijnse tekstelement uit de regels 229-233 dat de relatie van Venus tot Aeneas aangeeft en leg uit welke deze relatie is. (Examen 2007-1-vr2)
Met het woord meus / de woorden meus Aeneas (regel 231) (1 punt) geeft Venus (impliciet) aan dat Aeneas haar zoon is (1 punt), of woorden van overeenkomstige strekking. - Regel 229-30
a. Wat is de toon van de woorden waarmee Venus zich tot haar vader Jupiter richt?
verheven toon, vol respect
b. Wat wil ze daarmee bereiken?
Ze wil hem gunstig stemmen: captatio benevolentiae.
(Mavortia Moenia, vraag 12)
- Regel 231 meus
a. Welk effect heeft het gebruik van meus?
sterke betrokkenheid van Venus bij haar zoon Aeneas
b. Geef daarvan nog twee voorbeelden uit 250-53.
250, 253 nos: wij, namelijk hij en ik
(Mavortia Moenia, vraag 13) - Regel 237 pollicitus
a. Wat valt je op aan de plaats van dit woord?
geïsoleerd aan het begin van het vers
b. Wat is het effect ervan?
'Dat heb je beloofd' zegt Venus nog eens nadrukkelijk.
(Mavortia Moenia, vraag 14)