Grafitti in Pompeii
Santa Maria in Aracoeli
Derde zuil van links: A CVBICVLO AVGVSTORVM (uit de slaapkamer van Augustus)
epitaph gaius publicius bibulus
Colosseum
Imp. Caes. Vespasianus. Aug.
Amphitheatrum Novum
Ex Manubis Fieri Iussit
toevoeging T.
Pantheon
M. AGRIPPA. L. COS. TERTIVM. FECIT.
or
Marcus Agrippa, son of Lucius, consul three times, made [this]
later toegevoegd
Imperator Caesar Lucius Septimius Severus Pius Pertinax Augustus, Arabicus, Adiabenicus, Parthicus Maximus, Pontifex Maximus, with tribunician power for the 10th time, acclaimed Imperator 11 times, consul three times, Father of the Fatherland, proconsul, and Imperator Caesar Marcus Aurelius Antoninus Pius Felix Augustus [Caracalla], with tribunician power for the 5th time, consul, proconsul, restored with all its refinement the Pantheium, deteriorated by old age; 10 Dec. 201-9 Dec. 202
Afkortingen
IMP = Imperator
CAES = Caesar
FL(avio) P(io) F(elicit)
S(enatus) P(opulus) Q(ue) R(omanus)
Grafteksten: inscripties in steen, te herkennen aan de letters D.M. en kenmerkend gebruik van afk; tekst zo kort mogelijk / ruimte steen optimaal benut
Afkorting Latijn Nederlands
D.M. = Dis Manibus : gewijd aan de schimmen van de overledenen
H.S.E. = hic situs/sita est : hier is gelegen, hier ligt …is hier gelegen, ligt hier
f = filius / filia : zoon/dochter van (afk. voornamen: zie Studeo!!)
Vix. = vixit : pf van vivere
A(nn) = annis (annus) : jaar (abl.van tijdsaanduiding = abl.temporis)
M(en) = mensibus (mensis): maand (abl. temporis)
D(ieb) = diebus (dies) : dag (abl.temporis)
F(EC) = fecit : pf van facio, heeft (dit monument) opgericht
(+dat)B.M. = bene merenti ( dat.ev ppa mereo) : voor wie het goed (bijw.) verdient
Romeinse eigennamen
Een volledige Romeinse naam bestaat uit:
a. praenomen (voornaam)
b. nomen gentile (geslachtsnaam; Claudius, Cornelius, Fabius, Julius, Sempronius)
c. cognomen (bijnaam; niet altijd aanwezig; eigenschap van persoon: Crassus –dikke)
Sommige historische personen worden bij de geslachtsnaam aangeduid (Vergilius), andere met het cognomen (Caesar, Cicero).
De Romeinse Praenomina met hun afkortingen zijn:
Aulus - A Numerius - N(um).
Appius - App. Publius - P.
Gaius - C. Quintus - Q.
Gnaeus - Cn. Sextus - S(ex).
Decimus - D. Servius - Ser.
Lucius - L. Spurius - Sp.
Marcus - M. Titus - T.
Manius - M’. Tiberius - Ti(b).
Epigraphic sigla
[...]
[abc] missende letters, toegevoegd door bewerker
a(bc) afkorting in tekst, uitgebreid door bewerker
The Leiden Conventions are since 1935 the most common rules, symbols, and brackets used to indicate the condition of the original text in an epigraphical (or papyrological) edition.
[...] a lacuna or gap in the original text, not restored by the editor (extent known, each dot = space for 1 letter)
[— — —] a lacuna or gap in the original text, not restored by the editor (extent unknown)
[abc] letters missing from the original text due to lacuna, restored by the editor
a(bc) abbreviation in the text, expanded by the editor
<ab> characters erroneously omitted by the ancient scribe, restored or corrected by the editor
{ab} letters in the text considered erroneous and superfluous by the editor
ạḅ characters damaged or otherwise unclear in the text, ambiguous outside of their context
... traces of letters on the surface, insufficient for restoration by the editor (Greek and Papyrological
usage)
ABC clear but incomprehensible letters
[[abc]] letters deleted in antiquity (rasura)
v. or vac. space left empty (vacat) on the stone or page
In editions of Latin texts you may found the following recent conventions:
+++ traces of letters on the surface, insufficient for restoration by the editor (Roman epigraphic practice)
⌐a b ¬ Letters or syllables corrected by the editor
Boog van Constantijn
Latijnse inscriptie
IMP. CAES. FL. CONSTANTINO MAXIMO
P. F. AVGVSTO S. P. Q. R.
QVOD INSTINCTV DIVINITATIS MENTIS
MAGNITVDINE CVM EXERCITV SVO
TAM DE TYRANNO QVAM DE OMNI EIVS
FACTIONE VNO TEMPORE IVSTIS
REMPVBLICAM VLTVS EST ARMIS
ARCVM TRIVMPHIS INSIGNEM DICAVIT
- P. F. = pius felix
- pius = vroom
- felix = gelukzalig
- instinctus, -us m = aansporing, ingeving
- factio, factionis f = (politieke) partij
- ulciscor, ulcisci, ultus sum = wraak nemen in naam van
- arma = wapengeweld
- dico, dicare = wijden, opdragen (aan)
Aan keizer Caesar Flavius Constantijn, de grootste,
vrome gelukzalige Augustus, de Senaat en het Volk van Rome,
omdat door aansporing van een godheid en
de grootte van
de geest hij met zijn leger
niet alleen van een tiran, maar ook van zijn
hele partij tegelijkertijd
met gerechtvaardigd
wapengeweld in naam van de staat wraak heeft genomen,
hebben een buitengewone boog aan de triomfen gewijd.
aansporing van een godheid, tiran, wapengeweld, republiek
Eerste twee regels:
IMP(eratori) CAES(ari) FL(avio) CONSTANTINO MAXIMO
P(io) F(elici) AUGUSTO S(enatus) P(opulus)Q(ue) R(omanus)
http://omeka.wellesley.edu/piranesi-rome/exhibits/show/arch-for-constantine/inscription
http://edh-www.adw.uni-heidelberg.de/home/
http://penelope.uchicago.edu/Thayer/E/Roman/Texts/Inscriptions/home.html
https://books.google.nl/books?id=0DPzpiQqiFsC&printsec=frontcover&hl=nl&source=gbs_ge_summary_r&cad=0#v=onepage&q&f=false