Onbepaald voornaamwoord

De aanwijzende voornaamwoorden passen zich aan, aan het woord waarnaar ze verwijzen:
Hic servus vinum emit. = Deze slaaf koopt wijn.
‘Servus’ is mannelijk woord, dat in de nominativus enkelvoud staat. Dus is ‘hic’ ook mannelijk, nominativus, enkelvoud.


vormen

Het bijvoeglijk gebruikte vragend voornaamwoord heeft dezelfde rijtjes als het betrekkelijk voornaamwoord. Het zelftandige gaat als volgt:

hic

 

mannelijk

vrouwelijk

onzijdig

sing. nom.

hic

haec

hoc

gen.

huius

huius

huius

dat.

huic

huic

huic

acc.

hunc

hanc

hoc

abl.

hoc

hac

hoc

plur. nom.

hi

hae

ha

gen.

horum

harum

horum

dat.

his

his

his

acc.

hos

has

ha

abl.

his

his

his

 

deze, dit

   

i

 

 

Romeinse kalender