Griekse alfabet

De Grieken hadden een ander alfabet dan wij. Toch ben je vast niet onbekend met dit alfabet, omdat je de letters ervan overal tegenkomt. Het alfa mannetje, de Deltawerken, het wiskundige getal pi, de Griekse Y of ypsilon… De eerste twee letters van het Griekse alfabet, alfa bèta, zijn zelfs in het woord alfabet te herkennen. Hieronder zie je een tabel met de letters en de uitspraak erbij.

naam hoofdletter kleine letter uitspraak
alpha Α α a
bèta Β β b
gamma Γ γ g (als in het Engelse ‘good’)
delta Δ δ d
epsilon Ε ε e
dzèta Ζ ζ dz, zd
èta Η η è (als in een schaap ‘bèh’)
thèta Θ θ th, t
iota Ι ι i, j
kappa Κ κ k
labda Λ λ l
mu Μ μ m
nu Ν ν n
xi Ξ ξ x, ks
omikron Ο ο o (korte klinker)
pi Π π p
rho Ρ ρ r
sigma Σ σ, ς (eind) s
tau Τ τ t
upsilon Υ υ u
phi Φ φ ph, f
chi Χ χ ch (als in ‘acht’)
psi Ψ ψ ps
omega Ω ω oo (lange klinker)
  1. Vóór een γ, κ, χ of ξ wordt de γ uitgesproken als de /ng/ in ‘lang’: ἄγγελος wordt uitgesproken als /anggelos/, en Σφίγξ als /Sphingx/.
  2. De ς of eindsigma wordt aan het eind van een woord geschreven in plaats van de σ. Deze wordt dus aan het begin of in het midden van een woord geschreven. Bijvoorbeeld σεισμός /seismos/, βάσις /basis/, σῶμα /sooma/, θεός /theos/.

Klinkers en tweeklanken

Er zijn zeven klinkers in het Grieks. De korte klinkers zijn de ε /e/ en de ο /o/. De lange varianten hiervan zijn de η /è/ en de ω /oo/. De α, ι en υ kan kort of lang zijn. De lange versies van deze klinkers worden wel eens met een macron (horizontaal streepje) aangegeven, dus ᾱ, ῑ en ῡ, terwijl de korte versies met een breve (omgekeerd boogje) aangegeven worden, dus ᾰ, ῐ en ῠ.

Daarnaast zijn er een aantal tweeklanken. Deze zijn altijd lang. Dit zijn αι /ai/, ει /ei/, οι /oi/, αυ /au/, ευ /ui/ en ου /oe/. Het Grieks kent ook een trema, die aangeeft wanneer twee klinkers apart uitgesproken moeten worden in plaats van als een tweeklank.

Bij een lange klinker gevolgd door een iota, wordt de iota onder de klinker geschreven.

lange α + ι > ᾳ
η + ι > ῃ
ω + ι > ῳ

De iota onder de letter wordt een iota subscriptum genoemd.

Leestekens

De Griekse leestekens zijn grotendeels hetzelfde als in het Nederlands. Afwijkend zijn het vraagteken (?), dat in het Grieks als ; wordt geschreven, en de dubbele punt (:) en puntkomma (;), die in het Grieks als · wordt geschreven.

De spiritus

Het Grieks kent een special teken, de zogenaamde spiritus. Deze kan beter worden gezien als een aanwijzing voor de uitspraak van klinkers aan het begin van een woord.

De spiritus lenis betekent in het Latijn ‘zachte adem’. Het teken ziet er uit als een komma boven de letter, die naar links is geopend: ᾿ (ἀ). Dit teken heeft verder geen betekenis voor de uitspraak. Bijvoorbeeld ἄθρωπος /anthroopos/ ‘mens’

De spiritus asper betekent in het Latijn ‘harde adem’. Het teken ziet er uit als een komma boven de letter, die naar rechts is geopend: ῾ (ἁ). Dit teken geeft aan dat de beginklinker met een ‘h’ ervoor uitgesproken moet worden. Bijvoorbeeld ἥρως /hèroos/ ‘held’

Bij hoofdletters wordt de spiritus voor de letter gezet. Bij tweeklanken wordt de spiritus op de laatste van de twee letters gezet. Bijvoorbeeld Ἡρακλῆς /Hèraklès/ ‘Herakles’ en αὐτος /autos/ ‘zelf’

Als enige medeklinker kent de rho ook een spiritus. Wanneer de rho een spiritus asper heeft, ῥ, wordt dit als /rh/ uitgesproken. Bijvoorbeeld ῥυθμός /rhuthmos/ ‘ritme’

Griekse uitspraak van de dag